Datum

Taalambassadeurs in het zonnetje: Fieny Stephan

Cubiss is ontzettend blij met de Brabantse en Limburgse taalambassadeurs en zet ze deze zomer extra in het zonnetje. Gedurende de zomerweken publiceren we twee keer per week een portret van één van de Brabantse en Limburgse ambassadeurs. Vandaag maken we kennis met Fieny Stephan.

Fieny Stephan (69) uit Landgraaf schreef als huismoeder jarenlang niet veel meer dan een boodschappenlijstje. Tot de kinderen groot waren en ze als notuliste actief werd bij een politieke partij. Ze besloot een opfriscursus Nederlands te doen. “Als ik iets doe, wil ik het goed doen. Ik wilde niet voortdurend hoeven vragen hoe je iets schrijft.” Nu probeert ze mensen over te halen ook weer naar school te gaan.

Lezen was het probleem niet, vertelt Fieny. “Schrijven kon ik ook wel, maar ik heb gewoon heel lang niet veel met de Nederlandse taal gedaan. Bovendien hoor je bij raadsvergaderingen moeilijke woorden, die je niet op school leert.” Na de basisschool ging Fieny naar de huishoudschool en werkte daarna als naaister, tot de kinderen kwamen. Nu is ze al tien jaar als taalambassadeur van het Arcus College betrokken bij de activiteiten van Cubiss. “Ik weet nog dat ik het certificaat kreeg van de burgemeester van Kerkrade, dat was heel bijzonder.”

Fieny ziet dat mensen die niet kunnen lezen en schrijven vaak geen werk hebben. “Laaggeletterdheid speelt daarbij zeker een rol. Werkzoekenden krijgen de vraag hoe het zit met hun taalvaardigheid. In deze tijd ligt de lat erg hoog.” Als taal geen probleem voor je is, ben je je er vaak niet van bewust wat je allemaal niet kunt als je niet kunt lezen. Laaggeletterden hebben ook allerlei trucjes om hun gebrek te verbloemen, weet Fieny. “Ze zeggen dan dat ze hun bril niet bij zich hebben, of dat ze het thuis wel even lezen.”

"Als je het niet zelf kunt, ben je zo hulpeloos"

Mensen kunnen ook onbegripvol reageren. ‘Kun je dat niet?! Dat kan toch iedereen?!’ “Dan is niet gek dat mensen er niet voor uit durven te komen. Terwijl het zo’n impact heeft op het leven. Mensen die niet kunnen lezen of schrijven, zijn vaak heel teruggetrokken.” Fieny herinnert zich de jongen die op een station aan een buschauffeur vroeg waar hij moest zijn. ‘Kijk maar op de borden’, had die kortaf gezegd. “Zoek het zelf maar uit, zei hij eigenlijk. De jongen stond er zo verloren bij. Ik zag dat hij niet kon lezen en heb hem geholpen. Steeds meer ouderen hebben ook vrijwel geen sociaal netwerk. Ik heb vrouwen gezien die wildvreemde mensen vroegen of ze 250 euro voor ze wilden pinnen. Je kunt niet iedereen vertrouwen! Als je het niet zelf kunt, ben je zo hulpeloos.”

De saamhorigheid was vroeger groter, vindt Fieny. “Nu is het ieder voor zich en dat is jammer. Daarom is het zo belangrijk om zelf te kunnen lezen en schrijven.” Fieny vindt dat sterkeren moeten opkomen voor zwakkeren. “Het is vaak moeilijk om mensen over de streep te trekken. Ze willen niet naar school omdat ze bang zijn dat iedereen het dan ziet. Ook zien ze de voordelen niet altijd en zijn bang om te falen. Tijdens de taalcursus werkt iedereen op zijn eigen niveau, daardoor gaat het niet te snel. En als je de taal eenmaal goed beheerst, durf je vaak ook meer!”

Alle taalambassadeurs uit deze serie zijn aangesloten bij onze samenwerkingspartners Stichting ABC of Arcus Taal.

Tekst: Tefke van Dijk
Fotografie: Boyd Smith Photo

Naar overzicht Actueel en Blogs >>