Blog

Een achtervolging in vier O’s

De Schoolschrijver in actie: deel 6

Groep 7 van basisschool De Muldershof in Beek en Donk is druk. Ze hebben die ochtend een toets gehad en bewegen onrustig in hun banken. Gelukkig heeft Schoolschrijver Peter Vervloed een thema dat hier perfect op aansluit. ‘Wie van jullie is er weleens achtervolgd?’ vraagt hij. Direct schieten vingers de lucht in. Floor vertelt: ‘Ik zei een keer “hoi” tegen iemand en toen rende hij met een hark achter mij aan.’ Peter: ‘En je zei alleen maar “hoi”? Het lijkt wel alsof je een soort wachtwoord geroepen hebt dan.’

Er is een reden dat Peter de leerlingen vraagt naar hun eigen ervaringen met achtervolgingen: ‘Wat je zelf hebt meegemaakt, daar kun je het beste over schrijven. Als je tenminste voldoende afstand hebt.’ Een achtervolging, dat voel je in je lijf. Om te weten hoe je daarover moet schrijven, moet  je dus bewegen. Peter zet Opzij van Herman van Veen op en de klas maakt er bewegingen bij, die passen bij achtervolgd worden: ‘We moeten rennen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan.’

Bij het beschrijven van een achtervolging gaat het om vier dingen, schrijft Peter op het bord. Het zijn de vier O’s: obstakels, onverwachtheden, onhandigheid en overdrijving. Hij leest een stuk voor uit zijn boek Gloeiende geheimen. Het is een razend spannend verhaal, over een jongen die een geheimzinnige kris heeft bemachtigd en door zijn oom  ̶  die de kris ook wil hebben  ̶  achterna wordt gezeten in de trein. De leerlingen letten intussen op de vier O’s. Inderdaad komen de nodige obstakels en overdrijvingen in de tekst terug, zoals een opera zingende versnaperingenverkoper, die zijn koffiekarretje precies op het juiste moment tussen de jongen en zijn woedende oom parkeert.

Dan gaan de leerlingen zelf schrijven over een achtervolging die plaatsvindt tussen school en thuis. Peter leert ze alvast een truc: ‘Je moet de lezer eerst op zijn gemak stellen.’ De spannende dingen komen daardoor extra onverwacht. Pepijn heeft het al goed in de vingers. ‘Ik fiets naar school, mooi zonnetje, mooie dag,’ schrijft hij, voor hij de achtervolger ten tonele voert. De kinderen schrijven ingespannen aan hun opdracht, volgende week mogen ze die voorlezen aan elkaar.

Tot slot gaat Peter op de boekenkist staan om een paar boeken aan te prijzen. Dissus, van Simon van der Geest. Toen kwam Sam, van Edward van de Vendel. En Opgejaagd, van Lydia Rood. Dat is een spannend verhaal vol emoties, vertelt hij erbij. Hij kan nog net vertellen dat de volgende les over emoties zal gaan, als er ook in deze les iets onverwachts gebeurt. En nee, het is niet ingestudeerd dat de Schoolschrijver door zijn boekenkist zakt.

Sanne van Heijst (Cubiss) volgt een half jaar lang groep 7 van basisschool De Muldershof in Beek en Donk tijdens hun lessen van Schoolschrijver Peter Vervloed en bericht daarover in een serie blogs. De Schoolschrijver is een initiatief van de landelijke stichting De Schoolschrijver, met als doel om kinderen enthousiast te maken voor lezen en schrijven. Zo wil de stichting taalachterstand voorkomen (70% van de leerlingen verlaat de basisschool met onvoldoende schrijfvaardigheid). Een half schooljaar lang verzorgt een vaste kinderboekenschrijver daartoe wekelijks lessen en activiteiten op een school. De Schoolschrijver is dit jaar op verschillende plaatsen in Nederland actief, waaronder op negen basisscholen in Noord-Brabant. Het Schoolschrijvertraject vindt plaats in samenwerking met de lokale bibliotheek, de provinciale coördinatie is voor Noord-Brabant in handen van Cubiss.

Naar overzicht Actueel en Blogs >>